Waardigheid versus ego/eigendunk

0

Hij heet Jeroen en is de zoon van mijn vroegere buurvrouw. Jeroen was toen ik hem sprak tenminste, een goedbedoelende man van bijna 40.  Volgens de moeder had haar zoon een prima maatschappelijke status bereikt plus alles wat erbij hoort. En ik twijfelde niet aan haar woorden, want ik kende haar intussen wel.  Hij was al 10 jaar het huis uit en woonde sindsdien alleen in zijn comfortabel huis. Mijn inmiddels overleden buurvrouw had me gevraagd of ik toch even naar hem wou luisteren. Omdat ik in een relatiebureau had gewerkt en misschien wat goede raad had voor hem inzake het vinden van een geschikte partner. Want met de vrouwen wilde het maar niet lukken.

En zo kwam ik op een zaterdagnamiddag tegenover Jeroen te zitten. En hij mocht er best wezen.  Hij was verzorgd, had een frisse adem, een gaaf gebit, propere kort geknipte nagels en was smaakvol gekleed.  Bovendien was hij een goede middenmoter qua looks, gewicht en lengte.

Het probleem zat dus overduidelijk elders.

‘Ik begrijp er niets van’, begon hij wat opstandig, ‘Kim was de liefde van mijn leven en ik stond altijd voor haar klaar. Ik was er als ze me nodig had en ik deed een stap achteruit  telkens ik voelde dat ik er teveel was.  Om welke reden dan ook. Iets wat trouwens nogal vaak gebeurde want ze werkt fulltime als landmeter en heeft twee kinderen plus een goede vriendenkring.  Maar eigenlijk wist ik nooit wat ze precies achter mijn rug uitspookte. Dat hoorde ik dan soms nadien, als ze een glas teveel op had en haar zelfcontrole wat indommelde. Of van anderen. Snap je?’

O ja, ik snapte het en hoe!

‘Ik  heb zelfs beter voor Kim gezorgd dan voor mezelf en heb haar gegeven wat ik maar kon’, ging hij verder. ‘En toch haalde het allemaal niks uit, want ze beschouwde me als vanzelfsprekend.  Ze gaf me continu het gevoel dat omgaan met mij een gunst was die ze me verleende. Intussen investeerde ze tijd, moeite en gevoelens in een ander. En via via, vernam ik later dat die haar bedrogen had zoals zij mij bedrogen had.’

‘En in bed?’ polste ik voorzichtig.

’Seks, bedoel je?’ vroeg Jeroen. ‘Enkel als mevrouw iets nodig had van mij. Geld of een klus die moest geklaard worden. Altijd was het een berekende zet. De rest van de tijd was het zelfbediening.  En telkens trapte ik er weer in.  En ja, mea culpa, mea maxima culpa want ik heb het toegestaan omdat ik dacht:  Jeroen, volhouden want het komt allemaal wel goed. Dom van mij, weet ik nu, ongelooflijk dom zelfs. Want het is dus nooit goed gekomen. En dat overkwam mij nu al de derde keer.’

Hij zuchtte en ik zuchtte mee omdat ik besefte dat hij met een patroon zat.  En omdat ik ook besefte hoe het ego tenslotte altijd triomfeert. Omdat het verhaal van Jeroen het zoveelste bewijs vormt van hoe we onze waardigheid verkwanselen ten voordele van misplaatste eigendunk. Uit trots of angst niet aardig of oké bevonden te worden door anderen. Dat dit te vaak gebeurt staat als een paal boven water. In dat bijna volautomatisch en onbewust  proces doen we onszelf continu geweld aan. Omdat we onze eigen, veelal gerechtvaardigde noden én waarden negeren en onderdrukken en daarbij onze grenzen overschrijden. In het leven maakt iedereen dit wel eens mee. Soms kan het zelfs gewoon niet anders. Maar als dit patroon zich telkens opnieuw voordoet in persoonlijke relaties wordt het uitkijken geblazen.  Dan wordt het de hoogste tijd om wat er steeds opnieuw gebeurt even van dichtbij te bekijken. Wat ik hem toen ook zei. maar ik betwijfelde of  hij echt hoorde wat ik zei.

Dit patroon komt vaak voor in (liefdes of vriendschappelijke) relaties. Eén van beiden geeft, de ander neemt. De gever is bang de liefde ( of wat daar moet voor doorgaan) van de ander te verliezen. Om dat te voorkomen is hij/zij niet meer trouw aan zichzelf en begint de gever te schipperen met zijn/haar waardigheid.  Op die manier vernedert de gevende partner zichzelf en wordt hij of zij uiteindelijk bijkomend vernederd door de nemende partner. En daar worden ze allebei uiteindelijk niet gelukkiger van. De gever blijft teleurgesteld en verzwakt achter, terwijl zij of hij die neemt steeds minder respect kan opbrengen voor de gever en uiteindelijk uitkijkt naar ander en beter. Naar sterker en beter, om precies te zijn.

Nader bekeken heeft deze gang van zaken niets te maken met echte liefde. Want in een waarachtige liefdesband behouden beide partners immers hun integriteit en waardigheid. Eerst en vooral naar zichzelf toe. Wat hen sneller de waardering en inzet van de ander zal opleveren.

Hoe het Jeroen sindsdien vergaan is, weet ik niet. Na het overlijden van zijn moeder kreeg ik immers andere buren met uiteraard andere problemen…

Share.

Over de auteur

Karina is relatie-dating ervaringsdeskundige en schrijfster van boeken 'Hoera, ik heb een date', 'Late Liefde', 'Aan het daten? Goed om weten!' en 'Het Kluwen, vijand van nieuwe liefde'.

Reageer